De precieze oorzaak van de ziekte van Dupuytren is nog steeds niet bekend.

Het is een erfelijke (in de meeste gevallen), onschuldige aandoening en gaat meestal niet uit zichzelf voorbij. Dit wil zeggen dat als een persoon de ziekte van Dupuytren heeft, er meer kans is dat een familielid ook deze aandoening krijgt, dan wanneer de aandoening niet in de familie voorkomt.

Ook lijken diabetes mellitus en gebruik van anti-epileptica een rol te spelen.

De ziekte van Dupuytren begint meestal rond het 60e levensjaar. Hoe jonger, hoe agressiever de vorm. Het komt vaker voor bij mannen dan bij vrouwen.

De ziekte van Dupuytren kan aan 1 hand, maar ook bij 2 handen optreden. Hoeveel knobbels ontstaan, verschilt van persoon tot persoon. Het kan ook (maar zelden) voorkomen in de voet en/of penis.

Bij de ziekte van Dupuytren kunt u last hebben van:

• Een lichte, niet pijnlijke verharding in de handpalm, meestal bij de pink of ringvinger.
• Knobbels in de handpalm.
• Een onderhuidse streng (gevormd door de knobbels in de handpalm).
• Een vinger die krom staat en niet meer volledig kan worden gestrekt.
• Een hand die u niet meer plat op tafel kunt leggen.

Heeft u één of meerdere van bovenstaande klachten, dan is verstandig om contact met uw huisarts op te nemen. Uw huisarts kan u doorverwijzen naar de plastisch chirurg in het Maasstad Ziekenhuis. 

De behandeling van de ziekte van Dupuytren is afhankelijk van hoe erg de aandoening is.

• Soms worden injecties met ontstekingsremmers (corticosteroïden) gegeven. Deze hebben een beetje effect en slechts tijdelijk nut bij
  pijnlijke knobbels, maar voorkomen geen strengen.
• Een mogelijkheid is het operatief weghalen van de knobbels of strengen uit de handpalm of vingers met aansluitend handtherapie, na 3-5 dagen rust. Meestal wordt gekozen voor een operatie als u de hand niet meer plat op tafel kunt leggen.

De ziekte van Dupuytren is niet te genezen. Dit betekent dat de strengen kunnen terugkomen.

De operatie

Meestal wordt gekozen voor de partiële of selectieve fasciëctomie. Via een zigzag snede aan de binnenkant van de hand en vinger(s) worden de bindweefselstrengen zoveel mogelijk weggesneden.

De operatie gebeurt in dagbehandeling onder verdoving van de hele arm. Bij kleine strengen vindt de ingreep meestal poliklinisch plaats onder lokale verdoving. Heel soms wordt gekozen voor volledige verdoving. De arts overlegt met u wat in uw geval het beste is.

U krijgt na het bezoek bij de plastische chirurg of arts-assistent een afspraak voor eventuele injectie, operatie op de polikliniek of dagbehandeling. Mocht de operatie plaatsvinden op de dagbehandeling dan moet u zelf voor de operatie een afspraak maken bij de Preoperatieve Screening.

Na de operatie op de polikliniek, mag u als u zich goed voelt na de operatie direct naar huis.

Op de dagbehandeling blijft u ongeveer 1 dag. In de folder leest u alles over de nazorg na de operatie aan de ziekte van Dupuytren. Soms wordt er tijdelijk een gips spalk aangelegd voor de eerste periode.

Afspraken

U krijgt via de polikliniek of dagbehandeling afspraken mee voor:

• Het uitpakken van het verband en verwijderen van de hechtingen.
• Afspraken bij de fysio en-/of ergotherapeut als handtherapie noodzakelijk is.
• Controle afspraak bij de plastisch chirurg. Dit is meestal na 6-8 weken.

Wondzorg

In het begin kan het zijn dat u vaker op de polikliniek komt, de verpleegkundige verzorg uw wond en verwijderd uw hechtingen. 

Nacontroles

De controles op de langere termijn vinden plaats op de polikliniek. Bij de controle afspraak bij de plastische chirurg wordt er onder anderen gekeken naar het litteken en naar uw klachten die u had voor de operatie en of deze zijn verbeterd. 

Handenteam

Na een operatie aan de ziekte van Dupuytren kan handtherapie volgen. Dit verschilt per patiënt en hoe ernstig het ziekte van Dupuytren weefsel aanwezig was en de stand van de vinger(s) voor de operatie. De nabehandeling bestaat vaak uit spalk en/of oefentherapie. Deze nabehandeling wordt uitgevoerd door medewerkers van het handenteam.