6. Nazorg

(verdenking) Prostaatkanker

Wanneer de diagnose prostaatkanker is gesteld en er een behandelplan is gemaakt, zult u over het algemeen regelmatig ter controle bij de uroloog komen. Vaak wordt een uur tevoren het PSA bepaald. De frequentie van controles is niet volgens een strikt schema, maar is mede afhankelijk van uw leeftijd, algemene conditie en het ziekteverloop.

Niet uitgezaaide prostaatkanker

Niet behandeld

  • Watchful waiting: Afhankelijk van uw leeftijd, conditie en het ziekte stadium is het wel of niet noodzakelijk om regelmatig te worden gecontroleerd.
  • Active surveillance: Wanneer u kiest voor zorgvuldig opvolgen, wordt wel het verloop van de ziekte nauwkeurig gevolgd door elke drie tot zes maanden een rectaal toucher en een PSA test te doen. Bovendien worden er op vaste tijdstippen nieuwe prostaat puncties verricht. Vandaar dat deze vorm van behandeling ‘active surveillance’ heet. Als de situatie langere tijd (twee jaar) stabiel blijft, dan kunnen de controles eens per zes maanden of eens per jaar plaatsvinden. Als er aanwijzingen zijn dat de tumor groeit (stijgend PSA, toename van de grootte van de tumor en/ of verslechteren van de Gleasonscore), dan wordt de status herbeoordeeld en kan worden over gegaan tot een actieve behandeling.

Behandeld met behulp van de Da Vinci robot Si

Na de operatie zal het PSA regelmatig worden bepaald. Deze dient vanaf 6 weken postoperatief onmeetbaar te zijn. Het enige wat PSA maakt is uw prostaat (maar deze werd verwijderd), evt uitzaaiingen en/of kankercellen die opnieuw ter plaatse van het prostaatbed zijn gegroeid.

Wanneer het PSA meetbaar wordt is het belangrijk deze waarde te vervolgen met een interval van enkele maanden om te kijken of het stabiel blijft of snel door stijgt. Afhankelijk van het PSA verloop, uw leeftijd en algehele conditie, kan aanvullende behandeling zinvol zijn.

Wanneer er aanleiding is, kan aanvullend onderzoek noodzakelijk zijn. Bij de meeste controles is het PSA voldoende.

Behandeling uitwendige bestraling

Na een bestralingsbehandeling blijft de prostaat in het lichaam. Er kan enkel worden ingeschat of de behandeling is aangeslagen aan de hand van het postradiotherapie PSA. Dit kan na de behandeling aanvankelijk nog wat oplopen, waarna het echter moet dalen naar een laag normale waarde (PSA nadir).

Aan de hand van verdere PSA controles wordt beoordeeld of de ziekte onder controle blijft. Indien het PSA toch weer oploopt zullen er nieuwe prostaatpunctie biopten worden uitgevoerd om te beoordelen of de ziekte wel of niet is terug gekomen.

Wanneer er aanleiding is, kan aanvullend onderzoek noodzakelijk zijn. Bij de meeste controles is het PSA voldoende.

Behandeling inwendige bestraling (Brachytherapie)

Bij inwendige bestraling blijft de prostaat in het lichaam. Er kan dus ook enkel worden ingeschat of de behandeling heeft aangeslagen aan de hand van het postradiotherapie PSA. Na brachytherapie is er vaak sprake van een zogenoemde ‘PSA bounce’. Dat wil zeggen dat na de behandeling het PSA gedurende 1 jaar vrij sterk kan stijgen, waarna het echter moet dalen naar een laag normale waarde (PSA nadir).

In het begin kan het daarom moeilijk zijn om te beoordelen of de ziekte onder controle is. Aan de hand van verdere PSA controles wordt beoordeeld of de ziekte onder controle blijft. Indien het PSA toch weer oploopt zullen er nieuwe prostaat puncties (biopten) worden uitgevoerd om te beoordelen of de ziekte wel of niet is terug gekomen.

Wanneer er aanleiding is, kan aanvullend onderzoek noodzakelijk zijn. Bij de meeste controles is het PSA voldoende.

Uitgezaaide prostaatkanker

De frequentie van controles is afhankelijk van uw leeftijd, algehele conditie en stabiliteit van de ziekte. Bij de meeste controles is het PSA voldoende. Wanneer er aanleiding is, kan aanvullend onderzoek noodzakelijk zijn.

Bij alarmsymptomen zoals pijn in de rug wat gepaard gaat met uitvalsverschijnselen van de benen/armen (krachtverlies en/of doof gevoel), dient u zo snel mogelijk contact op te nemen.

Zorg en ondersteuning buiten het ziekenhuis

Naast de verschillende hulpverleners die in het ziekenhuis zorg bieden, zijn er ook organisaties buiten het ziekenhuis die zorg en ondersteuning bieden aan mensen met kanker:

Ter ondersteuning beschikken wij op onze polikliniek over vakkundige oncologie verpleegkundigen. Bij vragen of problemen kunt u hiermee contact opnemen.

  1. Verwijzing
  2. Polikliniek bezoek
  3. Onderzoek
  4. Diagnose
  5. Behandeling
  6. Nazorg