Aan het uiteinde van de scoop bevindt zich een klein echoapparaat dat onhoorbare geluidsgolven uitzendt. Deze golven worden door diverse weefselstructuren, zoals bijvoorbeeld lymfklieren, weerkaatst en weergegeven op een beeldscherm. Zo kan de longarts zien of lymfklieren of andere weefselstructuren er afwijkend uitzien. Met een dunne naald kan via de scoop weefsel weggehaald worden uit de lymfklieren of weefselstructuren. Dit weefsel wordt verder onderzocht op het laboratorium. Omdat er zich vrijwel geen pijnzenuwen in dit gebied bevinden, is dit prikken in de meeste gevallen niet pijnlijk.
Het onderzoek wordt uitgevoerd door de longarts en duurt ongeveer veertig minuten. Voor het onderzoek krijgt u een medicijn toegediend waardoor u slaperig wordt. Dit wordt ook wel een ‘roesje’ genoemd.
EBUS-scoop

Longarts P. van den Berg voert EBUS onderzoek uit