Patiënten met (verdenking op) een besmettelijke infectieziekte en/of patiënten met een verdenking op of een bewezen dragerschap van een bijzonder resistent micro-organisme (BRMO) worden geïsoleerd verpleegd. Dit om de overdracht van besmettelijke bacteriën en/of virussen via handen, voorwerpen, druppels en lucht te voorkomen.
U wordt op een aparte kamer met of zonder sluis verpleegd. Een sluis is een aparte ruimte, die een buffer vormt tussen de gang en de kamer. Wanneer er geen sluis aanwezig is, wordt de deur gesloten. Bij verpleging in isolatie mag u deze kamer niet verlaten. Uitzondering hierop zijn onderzoeken en behandelingen, deze gaan gewoon door.
Ter voorkoming van het meenemen van de besmetting naar andere patiënten door verpleegkundigen, artsen en andere hulpverleners, dragen alle medewerkers bij binnenkomst op de kamer beschermende kleding. Bijvoorbeeld een schort, handschoenen, mondneusmasker en/of muts. Tevens worden de handen gewassen of gedesinfecteerd met handalcohol tussen handelingen en tussen verzorging van patiënten door.
Goed gebruik van beschermende kleding en juiste handhygiëne is van groot belang bij het voorkomen van verspreiding van micro-organismen.

De verspreiding van micro-organismen gaat veelal via de handen. Door deze op de juiste momenten te wassen of desinfecteren, kan de verspreiding verkleind worden. Sieraden zijn een bron van bacteriën en zitten een goede handhygiëne in de weg.