1. Verwijzing

(verdenking) Longkanker

Bij longkanker is er vaak een lange tijd geen sprake van symptomen. Dit maakt het vroegtijdig opsporen van longkanker lastig. Er kunnen wel algemene klachten optreden, zoals vermoeidheid, gewichtsverlies, koorts en verminderde eetlust. Daarnaast kunnen klachten optreden als gevolg van:

  • de afwijking in de long zelf: hoesten (soms met bloed), benauwdheid en piepen;
  • doorgroei van de tumor of uitzaaiingen in de klieren tussen de longen: pijn in borst/rug, heesheid, gestoorde voedselpassage, zwelling van gelaat en/of armen en hartritmestoornissen;
  • verdere uitbreiding door lichaam: botpijn, benauwdheid, geelzucht, het niet goed functioneren van de hersenen (bijvoorbeeld krachtsverlies, woordvindstoornis), hoofdpijn en recent ontstane knobbeltjes in de huid;
  • stofjes door de tumor geproduceerd: onder andere verdikking van de uiteinden van vingers (trommelstokvingers), trombose, longembolie en vermagering.

Heeft u deze klachten, maar heeft u nog geen huisarts bezocht, dan raden we u sterk aan een huisarts te bezoeken. Naar aanleiding van uw klachten kan de huisarts u naar het ziekenhuis verwijzen voor verder onderzoek. U doorloopt dan een zorgtraject om te onderzoeken of er mogelijk sprake is van longkanker.

Risicofactoren

Risicofactoren die de kans op longkanker verhogen zijn:

  • Roken;
  • Contact met kankerverwekkende stoffen als asbest;
  • Blootstelling aan radioactieve straling;
  • Voorgaande kanker van het strottenhoofd;
  • Verbindweefseling (fibrose) van de long.
  1. Verwijzing
  2. Polikliniek Bezoeken
  3. Onderzoek
  4. Diagnose
  5. Behandeling
  6. Nazorg