Historie

Na de oorlog: in gebruik name kraamafdeling

Het stadsdeel Rotterdam-Zuid groeit snel na de oorlog. Vanwege grote behoefte aan verloskundige hulp wordt op 20 december 1949 als eerste de kraaminrichting in gebruik genomen. Deze kliniek van twintig bedden is gevestigd in een villa aan de Oost-Varkenoordseweg (thans Olympiaweg).

In 1951 worden achter de villa drie paviljoens in gebruik genomen, waarmee het aantal bedden op 125 komt.

Van gestage groei tot noodzaak nieuwbouw

In de daarop volgende jaren worden steeds meer paviljoens bijgebouwd, die telkens na relatief korte tijd alweer te weinig ruimte blijken te bieden. In 1958 heeft het ziekenhuis al 309 bedden binnen haar muren. In dat jaar wordt voorlopige toestemming aangevraagd en verkregen voor de bouw van een nieuw ziekenhuis op het naastgelegen terrein.

Jaren '60

Pas in mei 1965 kan de eerste paal worden geslagen. In de loop van 1968 verhuizen de meeste afdelingen naar de nieuwbouw, op 24 april 1969 opent prinses Margriet het nieuwe ziekenhuispand officieel.

Het nieuwe gebouw heeft dertien verdiepingen met daarin 604 bedden. Hoogbouw op Zuid, toen nog een bijzonderheid.

In de vrijgekomen paviljoens blijven veel ondersteunende diensten achter. Een aantal van deze paviljoens zou nog jarenlang het onderkomen van de opleiding tot verpleegkundige blijven, en dienen als huisvesting voor de leerling-verpleegkundigen. Tot augustus 1997 is ook de School voor Gezondheidszorg Rotterdam-Zuid gevestigd in de paviljoens.

Fusie met het Zuiderziekenhuis

In 2000 is het St. Clara Ziekenhuis met het Zuiderziekenhuis gefuseerd en werd zij vestiging Clara. Beide ziekenhuizen zijn in hun eigen panden gehuisvest gebleven. De gezamenlijke naam werd toen Medisch Centrum Rijnmond-Zuid (MCRZ), maar is sinds 1 september 2008 Maasstad Ziekenhuis.

Het ziekenhuis komt de oorlogstijd niet ongeschonden door: in 1941 wordt het beschadigd door brandbommen. In deze tumultueuze periode ontstaat echter een bijzondere band met de bevolking van Rotterdam-Zuid.

Ontwikkeling in de jaren '50

Na een wederopbouwfase ontplooit het Zuiderziekenhuis zich in de jaren '50 ten volle. Speciale aandacht gaat uit naar de ontwikkeling van wetenschappelijke, technologische en didactische aspecten van de genees- en heelkunde. Daarmee draagt het ziekenhuis onder andere veel bij aan de totstandkoming van de latere medische faculteit van de Erasmus Universiteit Rotterdam.

Ansichtkaart van KLM Aerocarto n.v. met daarop het Zuiderziekenhuis

Jaren '70 en '80

In de jaren '70 wordt een begin gemaakt met de specialistische hartchirurgie. In het volgende decennium wordt eerste stap naar verzelfstandiging gezet: het ziekenhuis wordt een zelfstandige tak van de gemeente, met een eigen directie. In 1985 werd in het Zuiderziekenhuis de eerste 'transportbaby' van Nederland geboren.

1985: Brandwondencentrum

In 1985 wordt de eerste paal voor het brandwondencentrum de grond in geslagen; een bouwkundig geheel losstaand ultramodern gebouw met twintig bedden. De expertise van het brandwondencentrum is gebruikt bij vele grote rampen, waaronder de vliegrampen in Faro en de Bijlmer (beiden 1992) en de brand in Café De Hemel te Volendam (2001).

Ontwikkeling in de jaren '90

Op 1 april 1996 wordt het gemeentelijke Zuiderziekenhuis geprivatiseerd, waarna het in 1997 een samenwerkingsverband met het Academisch Ziekenhuis Rotterdam sluit: het Hartcentrum Rotterdam. Verder wordt dat jaar een helikopterplatform geopend en neemt het ziekenhuis in 1998 op haar eigen terrein een huisartsenpost in gebruik.

Fusie met het St. Clara Ziekenhuis

In 2000 is het Zuiderziekenhuis met het St. Clara Ziekenhuis gefuseerd en wordt zij vestiging Zuider. Beide ziekenhuizen zijn in hun eigen panden gehuisvest gebleven, maar krijgen de gezamenlijke naam Medisch Centrum Rijnmond-Zuid (MCRZ). Sinds 1 september 2008 is deze naam gewijzigd in Maasstad Ziekenhuis.

De binnenplaats van het Zuider aan de Groene Hilledijk